Per eind september 2025 heeft de 4TU-Federatie een nieuwe voorzitter: Sjoukje Heimovaara. Ze neemt de voorzittershamer over van Vinod Subramaniam, die de functie drieĂ«neenhalf jaar vervulde. âDe enige grondstof die Nederland Ă©cht heeft, is kennis.â
Het klinkt een beetje als stuivertje wisselen. Sjoukje Heimovaara gaat weg als bestuurslid bij Universiteiten van Nederland, het samenwerkingsverband tussen de veertien Nederlandse universiteiten. Vinod Subramaniam neemt die rol van haar over. En andersom wordt Sjoukje nu voorzitter van de 4TU-Federatie, de functie die Vinod tot voor kort bekleedde. Maar de ruil ligt voor de hand, benadrukken beiden. âSamenwerking tussen universiteiten is geweldig belangrijk en vooral ook heel erg lĂ©ukâ, zegt Sjoukje, âmaar het kost wel tijd, dus we willen graag de taken een beetje verdelen.â
De inkomend en uitgaand 4TU-voorzitters blijven beiden ook hun eigen universiteiten leiden: Sjoukje in Wageningen, Vinod in Twente. We spreken elkaar direct na de 4TU-bestuursvergadering waarin het voorzitterschap werd overgedragen, eind september 2025.
Jullie zaten beiden de afgelopen jaren ook al in het bestuur van de 4TU. Hoe kijken jullie terug op de afgelopen tijd?
En, is dat gelukt?
Vinod: âJa, dat vind ik wel. We hebben een paar zeer succesvolle programmaâs opgezet, waaronder High-Tech for a Sustainable Future (HTSF). Daarmee ontwikkelen we high-tech oplossingen voor de grote uitdagingen op het vlak van gezondheid, materialen, energie, weerbaarheid tegen klimaatverandering... Daarin slaan wij echt een deuk in een pakje boter. Dat vind ik nou zoân mooie uitdrukking in het Nederlands...â
Sjoukje: âJa hĂš? Dat vind ik ook. En ja, van HTSF ben ik ook onder de indruk. Juist omdat je die grote complexe vraagstukken niet alléén met tech kunt oplossen. Aan onze vier universiteiten hebben we ook expertise als het gaat om de stap naar toepassingen, onder meer in samenwerking met het bedrijfsleven en bijvoorbeeld gedragswetenschappen. Allemaal onontbeerlijk bij grote transities.âÂ
Zijn concrete projecten de grote verdienste van 4TU, of ook die groeiende politieke impact?
Sjoukje: âBeide. Absoluut. De politiek beseft steeds meer hoezeer we technische talenten nodig hebben, en wat het belang is van interdisciplinair werken. En deels is dat wel degelijk omdat wij die interdisciplinariteit breder voor het voetlicht weten te krijgen. Wij slagen er steeds beter in om bruggen te slaan tussen de vier universiteiten, maar ook met de andere collegaâs. Er ontstaan heel mooie verbanden en nieuwe inzichten â en die worden ook steeds beter zichtbaar.â
Vinod: âNeem bijvoorbeeld dat nieuwe vakgebied, resilience. Weerbaarheid in de context van de grote uitdagingen van onze tijd. Dat begrip raakt steeds meer ingeburgerd. Je hebt er civiel ingenieurs voor nodig, maar ook IT-ers, beleids-, maatschappij- en gedragswetenschappers... die hebben wij allemaal, verspreid over de vier TUâs. En die kennis exporteren wij nu ook over de hele wereld.â Â
Vinod blijft nog steeds lid van het bestuur van 4TU. Waar gaan jullie je de komende jaren op richten?
Sjoukje: âDezelfde themaâs blijven van belang, dezelfde twaalf netwerken waar we aan werken. Die grote uitdagingen, die veranderen immers niet zo snel. Die zijn een kwestie van lange adem. Misschien zullen we sommige net wat meer versterken of benadrukken. Weerbaarheid, bijvoorbeeld. Op dat vlak is er nog heel veel te ontdekken en ontwikkelen.â
Vinod: âIk zie vooral veel kansen voor het verbinden van de verschillende schaalniveaus. Lokaal en regionaal impact hebben, maar ook wereldwijd. Daar zijn onze universiteiten van oudsher heel goed in.â Â
We krijgen binnenkort een nieuw kabinet. Waar hopen jullie op?
Sjoukje: âWe hebben een tijdlang een vrij sombere beleidslijn gehad wat betreft wetenschap. Wij hopen natuurlijk dat het tij weer gaat keren. Dat de overheid er Ă©cht werk van gaat maken dat er niet 1, maar 3 procent van het BBP naar R&D gaat, wat op Europees niveau is afgesproken. Dat is cruciaal als we bedrijven willen overhalen om óók meer te investeren, als we onze naam hoog willen houden als kennisland â en als we jonge talenten willen blijven aantrekken.â
Vinod: âDe enige grondstof die Nederland Ă©cht heeft, is kennis.â
Sjoukje: âIn de politieke programmaâs wordt wetenschap nu al wel wat meer genoemd. In het vorige regeerakkoord kwam het woord âinnovatieâ meer dan tachtig keer voor, maar ze hebben er flink op gekort. Hoopvol is in elk geval dat het Nederlandse bedrijfsleven heel graag veranderingen wil, dus de druk vanuit VNO-NCW en het MKB loopt ook op. Ik denk dat de politieke partijen, van links tot rechts, daar wel gevoelig voor zullen zijn.â
Vinod: âJa, we zien steeds meer dat die koepelorganisaties de mensen in Den Haag aan het jasje trekken: als we die grote maatschappelijke vraagstukken willen oplossen, dan zullen we moeten investeren in R&D Ă©n in de opleidingen die daarbij horen. Daarin hebben wij als 4TU ook een heel duidelijke taak: dat we dat duidelijk maken. Dat is de maatschappelijke rol die wij hebben. En daar zijn we al best goed in, denk ik.â Â
Ja? Jullie zijn dus wel optimistisch?
Sjoukje: âJazeker. Binnen de Nederlandse universiteiten hebben wij héél veel mogelijkheden om samen alle grote uitdagingen op te pakken. En als 4TU spelen wij daarin een bijzondere rol. Ook als het gaat om benadrukken dat investeringen in onderwijs en onderzoek zich dubbel en dwars terugbetalen. Er is nog nooit een land slechter geworden van investeren in jong talent.â
Vinod: âEn in kennisontwikkeling.â
Sjoukje: âPrecies. En ik denk dat 4TU daar wel goed in is. In dĂĄt zichtbaar maken, via echte, concrete impact.â
Vinod: âEn als wij zeggen â4TUâ, dan bedoelen we niet onszelf, hĂš, als bestuurders. Dan bedoelen we al die mensen die het onderzoek doen, en het onderwijs vormgeven, en de studenten, en het Bureau... Allemaal fantastische en gepassioneerde mensen. Daarmee zijn we echt gezegend. Dat mag ook weleens gezegd worden.â
foto Sjoukje Heimovaara: Marit Hazebroek


